Hassan en ik
voor Asis Aynan
Over gastarbeiders leerden we toen
dat die zonder morren het werk deden
dat wij Nederlanders niet meer wilden doen.
Ik voelde schaamrood mijn wangen bekleden
toen ik bij aardrijkskunde van Hassan las
die uit het arme Marokko gekomen
zo blij in een flat met licht en water was,
een dankbaarheid waarvan wij mochten dromen.
Het was duidelijk: wij waren verwend
en zij onbedorven zuivere zielen,
hoewel nog met beschaafde rede onbekend
waardoor zij soms in slecht gedrag vervielen.
Doch alle kwaad was een kwestie van tijd:
wij moesten hen helpen te integreren,
middels schuldgevoel en goedbedoeld beleid,
maar de wereld draait, het kan verkeren.
Nu lees ik dat het heel erg is misgegaan,
ondanks wat in het buurthuis is weggegeten
aan multiculturele hapjes, de waan
regeert nog steeds, de droom is vergeten.
Geen nobele wilden, geen paradijs;
ik kijk naar buiten, zie een blad zweven,
het is herfst geworden, een beetje grijs
in het land waar we met zijn allen leven.
Paul Marius Borggreve
___________________
Voor DiDZ zondag 2 september 2012 mocht ik voor Aysel Disbudak een gedicht maken over een zwaar en weinig besproken onderwerp, achter de voordeuren in het zo frivole Nederland waar gezinnen gevangen zitten in een wereld van eer, schaamte en cultuur...
___________________
Voor DiDZ zondag 2 september 2012 mocht ik voor Aysel Disbudak een gedicht maken over een zwaar en weinig besproken onderwerp, achter de voordeuren in het zo frivole Nederland waar gezinnen gevangen zitten in een wereld van eer, schaamte en cultuur...
Achter de voordeur
voor Aysel Disbudak
Niet meer dan een centimeter of vijf
staat er tussen de onbezonnen stad
en een wereld van gewoontes, omvat
door muren en eer, een star verblijf,
een huis…Het verkeer is er voorbij gereden.
Wie woonden er? Man, vrouw elkaar toegewezen,
kinderen en… schaamte, gevuld met vrezen
van oud geloof en een verloren verleden.
En dingen die niet mogen bestaan;
alles gebeurt, omdat het zo hoort.
Uit onkunde wordt twijfel gesmoord
in de hoop dat het vanzelf over zal gaan.
De stad raast maar door, onbezonnen
terwijl binnen het verdriet van de muren
stroomt. Hoeveel moeten mensen verduren,
vast in een web uit onmacht gesponnen.
Sommige dingen komen nooit meer goed.
Vreugde kent alleen wie is teleurgesteld.
Het huis wacht tot er wordt aangebeld,
wacht tot iemand de voordeur opendoet.
Paul Marius Borggreve
Geen opmerkingen:
Een reactie posten